Gemeenschapskrant

Verdienstelijke Drogenbossenaar: Myriam Govers

14/02/24

Eind vorig jaar werd Myriam Govers oververdiend in de bloemetjes gezet als ‘verdienstelijke Drogenbossenaar’. Myriam is al 50 jaar bestuurslid van het Davidsfonds, waarvan 24 als voorzitter. Maar ze was ook haar hele leven de sterke vrouw achter haar man, die huisarts is, en speelde ook op die manier een belangrijke rol in onze gemeenschap.

Myriam is geen geboren maar wel een getogen Drogenbossenaar. Ze zag het levenslicht in Ukkel maar bracht haar hele leven door in Drogenbos. Als vijfde van zes kinderen was samenleven en zorgen voor elkaar altijd al een tweede natuur voor haar.

Ze liep school in de ‘zustersschool’ van onze gemeente en zoals toen nog gebruikelijk was - omdat haar ouders dachten dat je alleen met voldoende kennis van de andere landstaal een leven kon opbouwen in de Vlaamse Rand - volgde ze haar humaniora in Sint-Alena, de Franstalige school in Vorst. ‘Mijn zus had een voedingswarenwinkel, en ik ging vanaf mijn twaalfde na de lesuren regelmatig een handje helpen in haar winkel op de Brusselse Steenweg. Het grote voordeel daarvan was dat ik zo heel degelijk mijn tweede taal heb geleerd, want mijn zus was met een Franstalige getrouwd.’

‘Op mijn 21e verjaardag nodigde André (Lerminiaux, red.) mij uit om samen naar een concert te gaan en zo is het tussen ons begonnen. Vijftien maanden later, in 1973, zijn we getrouwd, en vanaf dan was ik de vrouw van de dokter.’

Doorwaakte nachten

‘Voor wie de illusie heeft dat doktersvrouwen een luxeleven leiden, wil ik toch even vertellen hoe dat leven eruitzag. Om te beginnen hadden we nooit tijd om uit te gaan – zelfs niet tijdens onze verlovingsperiode, want mijn man moest steeds bereikbaar zijn. In een tijd zonder gsm of semafoon was dat geen sinecure en dus moest iemand altijd de telefoon bewaken. Ik was geen babysit maar een ‘telefoonsit’. (lacht)

‘Mijn leven bestond vooral uit thuis aanwezig zijn, in functie van het werk en de praktijk van mijn man en de patiënten. Telefoons aannemen, afspraken regelen, mensen geruststellen als die in paniek aan de lijn hingen, mijn man proberen te bereiken als er iets ernstigs gebeurde … Of ‘s nachts wakker gebeld worden door patiënten: er bestond nog geen 100-dienst, er waren nog geen reanimatie-auto’s … Er bestonden zelfs nog geen puffers tegen astma. Bij hartinfarcten moest mijn man daar vliegensvlug naartoe. Terwijl hij weg was, lag ik wakker – ongerust en piekerend. Als hij dan – soms na uren – terugkwam, sliep hij meestal meteen in, maar ik lag soms nog uren wakker. Twee tot vier nachtelijke oproepen per week waren toen geen uitzondering, integendeel.’

Pampers verversen

We wilden graag kinderen en ik werd zwanger. Met een dikke buik zorgen voor het huishouden, de was en de plas, de maaltijden maar evengoed het secretariaatswerk: dat was een intense periode. Gelukkig kon ik op de hulp van mijn schoonmoeder rekenen om toch af en toe even het huis te verlaten voor de boodschappen, terwijl zij op de kinderen en de praktijk paste.’

‘Heel dikwijls heb ik mijn kinderen tijdens het verversen van de pampers van de tafel moeten nemen en hen met een kussen op de grond moeten leggen omdat de telefoon ging. Dat kunnen we ons vandaag, met de huidige communicatiemiddelen, nog maar moeilijk voorstellen, maar dat was toen gewoon een realiteit.’

Twee telefoons

‘Het was ook niet altijd eenvoudig bij onvoorziene zaken zoals een val op school, een ongeval thuis, een plots overlijden of een hartinfarct: het eerste contact van de patiënten was steeds met mij. Hoewel ik geen medische scholing had, moest ik toch op een of andere manier de mensen proberen te helpen, gerust te stellen, advies te geven. En vooral: mijn man proberen te bereiken. Mede door een ingenieus systeem van meldingen dat we afspraken: ‘Bij die patiënt kom ik langs in de voormiddag en kun je altijd wel even een belletje geven’ en dergelijke meer. De komst van de semafoon later was een aanzienlijke verbetering, maar het bleef toch stresserend.’

‘We hadden twee telefoons in huis: eentje in de keuken en eentje in het kabinet. Meer was toen technisch niet mogelijk. Vandaag zijn er overal telefoons, tot en met in het toilet. En natuurlijk zijn er nu smartphones. Maar toen moest ik dus steeds van de ene plaats naar de andere lopen om de telefoon op te nemen. En natuurlijk stond er ook regelmatig een patiënt gewoon voor de deur; nog niet iedereen had een telefoon, en dus kwamen mensen vaak ook gewoon langs.’

Herbronnen in de bergen

‘Als mijn man spreekuur had, maakte ik alles klaar: de wachtzaal opruimen, ervoor zorgen dat alles aanwezig was in het kabinet, de deur opendoen … Als patiënten aankwamen voor de raadpleging was er ook altijd dat obligate babbeltje terwijl er ander werk wachtte. Het was een heksenketel. Hoe ik dat al die jaren heb kunnen doen? Het is me vandaag een raadsel. Ondertussen is er veel geëvolueerd. Je kan telefoons doorschakelen, er zijn secretariaten, er is een wachtdienst zodat artsen regelmatig vrije weekends hebben, ze kunnen betere afspraken maken met collega’s, je hebt gsm’s … Het leven van een doktersvrouw lijkt me vandaag dus heel wat leefbaarder, tenminste: als dat vandaag nog bestaat, doktersvrouwen.’ (lacht)

‘Onze kinderen konden ook niet altijd op hun papa rekenen. Gelukkig had die ‘s avonds raadpleging in huis en meermaals stonden ze dan op de trap te wachten tot papa even een patiënt buiten liet, om hem te vragen even te komen helpen bij het huiswerk of een ander probleempje. Dikwijls was mijn man ’s ochtends al vroeg weg en ‘s avonds was hij soms nog weg als de kinderen naar bed gingen. Ik denk niet dat ze daar zwaar onder geleden hebben, maar vandaag kun je je afvragen of dat wel een ideale situatie was. We hadden het financieel misschien iets makkelijker dan de doorsnee-Vlaming, maar wat ben je daarmee als je er weinig of niet van kan genieten?’

‘Gelukkig hebben we toch heel wat vakanties samen kunnen doorbrengen. Samen met de kinderen hebben we een stukje van de wereld kunnen zien, en het jaarlijkse hoogtepunt was steeds ons verblijf van twee of drie weken in het Zwitserse Davos met Intersoc. Bergwandelingen, samen zijn met vrienden en kennissen, met de kinderen en familie … Dat was eigenlijk het moment van het jaar dat wij konden herbronnen.’

‘Als ik vandaag op mijn leven terugkijk, moet ik zeggen dat ik het waarschijnlijk niet meer zo zou doen, maar je weet ook dat je de tijd niet kan terugdraaien. Wat voorbij is, is voorbij en achteraf is alles makkelijk te verklaren en te verbeteren, maar je moet de situatie op het moment zelf bekijken.

50 jaar getrouwd

‘We zijn nu vijftig jaar gelukkig getrouwd. Soms ging het moeilijker, dan weer heel vlot. Maar we hebben het samen kunnen doen, we zijn er samen doorgekomen en vandaag kunnen we genieten van meer rust. Mijn man blijft even actief en kan het niet laten om altijd bezig te zijn. We genieten nu van onze kinderen en kleinkinderen, van het relatieve comfort dat we dankzij onze vele jaren hard werken hebben kunnen verwezenlijken.’

‘Ik benijd de artsen en hun partners van vandaag die een andere manier van leven kunnen opbouwen. Maar achteraf zeggen dat het niet goed was, is ook niet correct. Tijden veranderen, het leven verandert, situaties veranderen en mensen veranderen. Eén ding is zeker, mijn leven was geen uitzondering. Alle doktersvrouwen hebben vroeger hetzelfde meegemaakt. Hoewel ik nu denk: ‘Als ik zou herbeginnen, zou ik het anders doen’, is de kans toch groot dat ik eigenlijk hetzelfde zou doen en meemaken. Het is nu eenmaal de aard van het beestje.’ (lacht)

Tekst: André Lerminiaux
Foto: © Tine De Wilde
Uit: kaaskrabber februari 2024

Meer nieuws

  • vzw 'de Rand'

    Jaarbeeld 2023

    15/03/24

    2023. Een jaar van groei en succes voor vzw 'de Rand'. We zijn trots op de behaalde resultaten en sterke samenwerkingen. We zijn klaar voor nieuwe uitdagingen en kansen. Lees hier ons jaarverslag!

  • Gemeenschapskrant

    Hoe groen en rust combineren met drukte en bebouwing?

    14/02/24

    De druk op de Rand neemt toe: meer inwoners, meer verkeer, meer bebouwing, meer economische activiteit … Maar toch wil iedereen een groene Rand. Hoe valt dat te rijmen? En: hoe pakken een aantal gemeenten in de Rand dat aan?

  • Gemeenschapskrant

    Vrijwilliger in de kijker: Marie-Paul Neels

    14/02/24

    Vrijwilligerswerk is van onschatbare waarde. Ook in onze gemeente rekenen heel wat organisaties, verenigingen of scholen op de belangeloze inzet van vrijwilligers. Deze maand geven we het woord aan Marie-Paul Neels, die al vijf jaar aan de slag is als leesmoeder in gemeentelijke basisschool De Wonderwijzer.